Afgelopen jaar hebben we voor het eerst Kiwano’s gekweekt. Andere namen voor Kiwano zijn gehoornde meloen en stekelaugurk. Ze zijn afkomstig uit Afrika. Het vruchtvlees zou een zoete bananensmaak moeten hebben. In april hebben we enkele zaadjes voorgezaaid in een kweekbak. Daarna hebben we de op komkommer lijkende plantjes in potjes uitgeplant en eind mei naar de moestuin verplaatst. Het zijn prikkende, sterk vertakkende en uitgroeiende klimplanten, die we regelmatig hebben teruggesnoeid en uitgedund. In juli kwamen er enkele vruchten vol met stekels aan. Die hebben we begin november geplukt. Je kan ze dan nog zelfs meer dan 6 maanden binnen op een warme plaats verder laten rijpen. Als ze wat zachter worden en oranje kleuren kan je ze eten. Van binnen lijken ze wat op een passievrucht. Het vruchtvlees heeft wat weg van een vloeibare komkommer met veel pitjes en vooralsnog een licht zoete smaak. De bananensmaak moet je erbij verzinnen.
Rijpende kiwano’s 
Doorgesneden kiwano 
Uitgelepelde kiwano